Gepubliceerd op 01-09-2018

Boosaardig

betekenis & definitie

BOOSAARDIG, bn. bw. (-er, -st), kwaadaardig, venijnig eene boosaardige koorts, gezwel;

boos, met het bijdenkbeeld van sluwheid of van zich vermeien in eens anders leed boosaardige laster, moedwil, domheid; boosaardig verspreide leugens. BOOSAARDIGHEID, v. BOOSAARDIGLIJK, bw.

< >