Aftreuren (treurde af, heeft en is afgetreurd), tot het einde toe in stille smart lijden: helaas! om uw bedroefd verlies treur ik mijn leven af;
— de krachten van lichaam en geest uitputten door voortdurende stille smart;
— zich aftreuren, door voortdurende stille smart uitgeput raken.