Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Zwelgen

betekenis & definitie

(zwolg, heeft gezwolgen),

1. door mond en keel naar binnen werken, t.w. wanneer dit met moeite gepaard gaat: iets naar binnen zwelgen;
2. schrokkig, met grote stukken eten of met grote slokken drinken;

zwelgen en brassen, onmatig eten en drinken ;

3. (fig.) zwelgen in genot, in genot baden, volop genot hebben; in iets zwelgen , er zeer veel genot in vinden ; zich er aan te buiten gaan.

< >