[in wederom wisselt het accent, in weerom' niet], bw.,
1. nog eens, nogmaals, bij herhaling;
2.terug, van iets kerend : men zag hem nooit weerom ;
3. terug, weder in het bezit komend: hier heb je je ines weerom; — [met ww. vormt we(d)erom scheidbare koppelingen].