Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Voorleggen

betekenis & definitie

(legde, leide voor, heeft voorgelegd), voor (iemand) nederleggen, inz. om te vertonen: de koopman legde ons verschillende stoffen voor; — iem. zijn plannen voorleggen, uiteenzetten ; — iem. een vraag voorleggen, aan zijn oordeel onderwerpen; deze moeilijkheden moeten aan het bestuur worden voorgelegd.

< >