Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Vondrecht

betekenis & definitie

o., recht van de vinder.

VONDST,

v. (-en),
1. de omstandigheid dat men iets vindt: een vondst doen ; zij waren verheugd over hun vondst;
2.voorwerp dat men vindt: zij gingen met hun vondst naar huis ;
3. wat men met de geest vindt, wat men ontdekt, bedacht of verzonnen heeft: er staan in het boek wel enkele aardige vondsten ; — (pregn.) gelukkige vondst, trouvaille: die benaming is werkelijk een vondst.

< >