I. overg.,
1. (veroud.) voltooien, volbrengen;
2. wat men verschuldigd is geheel betalen: de kosten, een rekening voldoen ; —
een nota voldoen, voor voldaan tekenen ; II. onoverg. of abs.,
1. (met datief) jegens iemand doen, inz. hem betalen, waartoe men gehouden is : zijn schuldeisers voldoen : (met aan) vervullen : aan een voorwaarde, een eis voldoen ; — aan de loet voldoen, die nakomen, doen wat zij eist; aan zijn plicht, een belofte voldoen, deze nakomen ; — bij een examen voldoen, de vereiste kundigheden tonen te bezitten ;
2. tevredenstellen (met al of niet uitgedrukte datief): hij is moeilijk te voldoen ; dat antwoord voldoet mij niet; — (abs.) beantwoorden aan de verwachting of de eisen : de nieuwe knecht voldoet heel goed, verricht zijn werk naar wens.
[ Vol doen in de zin van vullen moet liever niet als samenst. beschouwd worden.]
Gepubliceerd op 01-01-2021
Voldoen
betekenis & definitie