Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Vallei

betekenis & definitie

(<Fr.), v. (-en), geleidelijk dalende, vrij uitgestrekte inzinking van de bodem tussen hoogvlakten, bergen of heuvels; vlak waardoor vaak een rivier stroomt; dal: een kleine, heerlijk gelegen vallei; de Gelderse vallei; — (bijb.) de vallei van Jericho, beroemd wegens haar palmen en balsem.

< >