Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Uitleg

betekenis & definitie

m. g.mv.,

1. het uitleggen; —in ’t bijz. (drukk.) het uitbrengen van de gedrukte vellen uit de pers en de wijze waarop dit geschiedt: frontale uitleg;
2. het uiteenzetten, uitlegging : ik kan er u geen uitleg van geven; — iem. tekst (ook taal) en uitleg geven, alles uitvoerig meedelen (inz. ter verantwoording);
3. (veroud., hist.) uitbreiding v.e. stad buiten de bestaande muren ; ook de daar nieuw gebouwde wijk: hij woont aan de uitleg;
4. (Zuidn.) geldelijke bijdrage in een gezamenlijk fonds, inleg.

< >