(Lat.), v. (-’s),
1. Oudromeins onderkleed.
2. (R.-K.): de tunica der bisschoppen is een rijk geborduurd mantelvormig opperkleed; — ook een korter gewaad door subdiakens bij godsdienstige plechtigheden gedragen.
3. mantelanjelier.
Gepubliceerd op 01-01-2021
betekenis & definitie
(Lat.), v. (-’s),
1. Oudromeins onderkleed.
2. (R.-K.): de tunica der bisschoppen is een rijk geborduurd mantelvormig opperkleed; — ook een korter gewaad door subdiakens bij godsdienstige plechtigheden gedragen.
3. mantelanjelier.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: