Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Trustee

betekenis & definitie

(Eng.), m. (-’s), vertrouwensman, inz. voor beheer van vermogens; (hand.) hij die het onderpand van geldleningen beheert, medebeheert of controleert; persoon op wiens naam een hypothecaire obligatielening in het hypotheekregister is ingeschreven.

< >