Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Tillen

betekenis & definitie

(tilde, heeft getild),

1. (overg.) opheffen, oplichten, opnemen: iem. in de hoogte tillen; — (zegsw.) iem. over het paard tillen, zie bij Paard; — (fig.) zwaar tillen, met bezorgdheid opvatten, moeilijk (ver)dragen: die bezwaren heeft hij niet zeer zwaar getild:
2. (onoverg.) een omhoogheffende beweging maken: (niet alg.) Jaapje was aan de stok gaan tillen, de hengel boog er van; — (fig.) zwaar tillen aan, zich bezorgd of druk maken over: ze tillen d'r niet zwaar aan;
3. (van de lucht) de voorwerpen aan de horizon opgeheven doen zien: de lucht was helder en tilde sterk.

< >