v. (-n), in Zeeland,
1. (eertijds) opgeworpen hoogte of heuvel op schorgronden, waar het vee zich bergt wanneer het water opkomt, ook stelberg geheten: in het midden der stelle is in de regel een gegraven drinkwaterput;
2. op een hoogte als onder 1. gebouwde hut voor de herder.