Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

STAATSBURGER

betekenis & definitie

m. (-s), iem. die burgerrechten in een staat heeft; lid van een staatsgemeenschap als zodanig: de rechten en plichten van de staatsburger; — in verzwakte opvatting, inwoner van een staat, burger; — de jonge staatsburger, scherts, voor een nieuwgeborene.

< >