• Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

Groot woordenboek der Nederlandse taal

Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

SNOEREN

betekenis & definitie

(snoerde, heeft gesnoerd), met een snoer (ver)binden of vastmaken: een rijglijf vaster snoeren; — honden snoeren, koppelen, met een touw aaneenbinden;

iem. de mond snoeren, tot zwijgen brengen.

< >

Alsjeblieft
Dit artikel kreeg je van Ensie cadeau. Wil je ook bijdragen aan toegankelijke kennis? Klik hier en word vriend van Ensie!

Gerelateerd

  • Betekenis van SNOEREN
  • Synoniemen van SNOEREN
  • Spelling van SNOEREN
  • SNOEREN vervoegen
  • Spreekwoorden met SNOEREN
  • Lukraak woord

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Word vriend
  • Woorden beginnend met
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
© 2025 Ensie | Hosted by Rootnet

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Toevoegen aan favorieten?

Favorieten

Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:

  • Je eigen Ensie account
  • Direct toegang tot alle zoekresultaten
  • Volledige advertentievrije website
  • Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk

Klik hier om vriend te worden