1. zeenimf, door Glaucus bemind, door Circe uit jaloersheid veranderd in een monster met zes hondekoppen, twaalf poten en drie rijen scherpe tanden, dat woont onder de rots van die naam tussen Italië en Sicilië (Ovid., Met. 14,16 vg.). ;
2. dochter van Hisus, verried haar vader aan Minos, die zij beminde; zij sprong in zee om Minos’ schip te volgen en veranderde in een zeearend (Ovid., Met. S,1 vg.).