Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Schutting

betekenis & definitie

v. (-en),

1. het schutten, hetzij in de zin van keren of van een schutsluis doen passeren;
2. afsluiting van aaneensluitende planken, heining (om tuinen, bouwwerken enz.): over een schutting klimmen ; schuttingen gebruikt men in de groenteteelt om het gewas tegen koude en scherpe winden te beschermen ;
3. afsluiting dwars op een viswater.

< >