Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Rijn, rivier

betekenis & definitie

m., een van de belangrijkste rivieren van Europa en ons land, die in Zwitserland aan de oostzijde van de St.-Gotthardgroep uit het Tomameer ontspringt en in de Noordzee uitmondt; — (spr.) water naar de Rijn dragen, onnodig, overbodig werk verrichten.

< >