Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Rabarber

betekenis & definitie

(<Gr.-Lat.), v.,

1. de wortel van het uitheemse gewas Rheum, of een verwerking daarvan, zoals die in de geneeskunde wordt toegepast, vooral als purgeermiddel: rabarber innemen; hij schijnt wel rabarber gegeten te hebben, (scherts.) hij is erg aan de diarrhee ;
2. het gewas Rheum ;
3. uit de bladstelen van het gen. gewas bereid gerecht: flensjes met rabarber.

< >