Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Prikvissen

betekenis & definitie

m. mv., familie van vissen (Petromyzontidae) uit de orde der rondbekken, die aan beide zijden van de hals 7 kieuwopeningen hebben; de zeeprik (P. marinus) wordt wel 1 m lang; de rivierprik (P. fluviatilis) bereikt een grootte van 4 dm en wordt in ons land veel voor de kabeljauwvangst gevangen.

< >