(praaide, heeft gepraaid),
1. (zeew.) door een roeper toespreken om inlichtingen aangaande herkomst, de toestand aan boord enz. te vragen, boodschappen over te brengen enz.: de politiekruiser praait de vissersschepen en levert een praairapport in; de uitkijk praait ,,een schip in zicht”;
2. (flg.) aanspreken, aanklampen.