Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Phaedra

betekenis & definitie

Gr. PUai'dra, d.i. ,,de lichtende”, tweede dochter van Minos, de vrouw van Theseus ; na de door haar veroorzaakte dood van haar stiefzoon Hippolytus pleegt zij zelfmoord : behandeld door Euripides (Hippolytus), Senaca (Phaedra) en later o.a. door Racine.

< >