Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Pastel

betekenis & definitie

I. (Fr. Prov.), v., volksn. van de wede (Isatis tinctoria), een zeldzaam in het wild voorkomende plant wnarvan de bladeren een mooie blauwe kleurstof opleveren, thans algemeen door de indigo vervangen.

II. (<Fr.<It.), o. (-len,-s),

1. soort van droge kleurstof, gemaakt door kleuren fijn te stampen met gips, krijt, zinkwit enz. en dit poeder met een bindmiddel te binden: pastel wordt meestal in stiften in de handel gebracht;
2. pastelstift: een doos met pastels;
3. tekening in pastel: die heer bezit verscheidene fraaie pastellen ;
4. de kunst om met pastel te schilderen: men is het er niet over eens of pastel beschouwd moet worden als tekenwerk of als schilderwerk.

< >