Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Papegaaiduiker

betekenis & definitie

m. (-s), zwemvogel (Mormon arcticus of Fratercula arctica), zo groot als een duif, met een papegaaiebek en zwarte geelgestreepte veren, die aan de rotskusten in het Noorden broedt: bij stormweer in de winter wordt de papegaaiduiker op onze stranden gevonden.

< >