Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Overrompelen

betekenis & definitie

(overrompelde, heeft overrompeld),

1. met geweld en onverwachts overvallen: het garnizoen, een vesting overrompelen; 2. (oneig.) iem. onverwacht bezoeken; — (bij uitbr.) iem. met een onverwacht of dringend voorstel, betoog enz. overvallen, waarop deze zich niet voldoende beraden kan en hem daardoor bij verrassing iets doen aannemen, goedkeuren enz.: hij behoorde niet tot die mensen welke zich laten overrompelen; — ook van aandoeningen als subject; — (Zuidn.) iem. door grote woorden, brutaliteit, uiterlijk vertoon enz. overbluffen.

< >