bn.,
1. niet als een schuld aangerekend kunnende worden.
2. niet verantwoordelijk gesteld kunnende worden voor zijn daden: de moord heeft hij gepleegd, maar hij leed sinds lang aan vlagen van zinsverbijstering, en moet daarom ontoerekenbaar geacht worden. [Juristen bezigen in bet. 2. liever ONTOEREKENINGSVATBAAR: de moord is ontoerekenbaar,de moordenaar ontoerekeningsvatbaar.]