(ontjaagde, ontjoeg, heeft en is ontjaagd),
1. (litt. t.) met vlugheid ontnemen, ontrukken.
2. door snel te rijden iem. ontkomen: ’t moordgespuis te ontjagen dringt nog te sterker, daar de nacht allengskens naakt (Staring).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: