o.,
1. eerste maal van de dag: van morgen onder het ontbijt; — het tweede ontbijt, maaltijd omstreeks de middag, twaalfuurtje.
2. spijzen die men bij de onder 1. bedoelde maaltijd nuttigt: een licht ontbijt.
ONTBIJTBLIKJE
o. (-s), (Ind.) blikje met ham, worst enz. voor ’t ontbijt.