Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Onnoemelijk

betekenis & definitie

bn. bw. (-er, -st),

1. (dicht.) niet met een naam genoemd kunnende worden: d’onnoemelijke God.
2. onuitsprekelijk groot of veel: de bron waaruit onnoemelijke dwaalbegrippen gevloeid zijn.
3. bw., in een onuitsprekelijke mate: onnoemelijk veel; atomen zijn onnoemelijk klein.

< >