(onderkende, heeft onderkend),
1. kennen of herkennen te midden van andere personen of zaken van dezelfde soort: het is moeilijk die tweelingbroeders van elkander te onderkennen; kun je die twee stoffen van elkander onderkennen ?; een vogel aan zijn gezang weten te onderkennen;
2. van elkaar of van iets anders onderscheiden, herkennen: door de duisterheid was het bijna onmogelijk iem. te onderkennen; bergen, die door de nevel onmogelijk te onderkennen waren; goed en kwaad onderkennen; in zijn aard, als zodanig begrijpen: iets wat zij wel zelf nog niet als hartstocht had onderkend, maar dat toch sterker was dan alles, wat haar overmeesterde.