bn.,
1. niet belast, niet met een last bezwaard: een on'belaste brug;
2. niet door overerving met allerlei onvolkomenheden en zwakheden behept: die familie is niet onbelast';
3. vrij van lasten die op de eigendom, het bezit of het gebruik drukken: on'belaste eigendommen; bij een inkomstenbelasting is een inkomen van f 800 gewoonlijk onbelast; — (Zuidn.) het goed wordt verkocht, zuiver en onbelast'.