(werkte na, heeft nagewerkt),
1. langer werken dan de daartoe bepaalde tijd: wij hebben het tegenwoordig zo druk, dat we haast elke dag enige uren moeten nawerken;
2. enig werk namaken: ik zou dat kleedje wel willen nawerken;
3. zijn werking, zijn invloed nog na de eigenlijke werking doen gevoelen: dit geneesmiddel werkt lang na; zijn invloed werkt nog steeds na.