Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Lente

betekenis & definitie

v. (-s),

1. het eerste der jaargetijden, van 21 Maart tot 21 Juni: een vroege, een late lente; (spr.) één zwaluw maakt nog geen lente; een meisje van 21 lentes, van 21 jaren; (fig.) de jeugd is de lente des levens;
2. (fig.) jeugd: zij was nog in haar lente.

< >