v., LAZARUSKLEP, v. (-pen),
1. (eert.) klep door de melaatsen gebruikt om de voorbijgangers te waarschuwen; — (spr.) zijn mond gaat als een lazarusklep, zijn mond staat geen ogenblik stil;
2. soort van mantelschelp in de Middell. Zee (Spondylus gaederopus).