v. (-en),
1. het aan land brengen, zetten: de landing van passagiers en goederen heeft moeite gekost;
2. het aan land gaan, inz. van troepen voor krijgsverrichtingen : de landing was slechts een schijnaanval;
3. het neerkomen op de grond van luchtvaartuigen: het vliegtuig maakte een vlotte landing;
4. (Vl.) los- en laadplaats;
5. (Barg.) herrie, ruzie.