bn.,
1. die of dat lacht: lachende kinderen; — een lachend gezicht, lachende ogen, in toepassing op de stand, de uitdrukking die zij bij het lachen aannemen;
2. (fig., dicht.) aanlokkelijk, bekoorlijk, aangenaam: lachende dreven, lachende velden.
Gepubliceerd op 01-01-2021
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: