Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Kathedraal

betekenis & definitie

(<Lat.),

I. bn. in kathedrale kerk, hoofdkerk van een bisdom;

II. zn. v. (...dralen), kathedrale kerk, hoofdkerk van een bisdom in de zetelplaats van de bisschop, waarin deze de bisschoppelijke plechtigheden verricht en waarin het domkapittel zijn vaste koordienst houdt; domkerk; bij uitbr. groot R.-K. kerkgebouw: gothische kathedralen.

< >