Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Juno

betekenis & definitie

oorspr. een Oud-Italische licht- of maangodin, in de mythologie de gemalin van Jupiter, de dochter van Saturnus en Rhea (vand. Saturnia genoemd), later geheel vereenzelvigd met Hera. Zij is de koningin der goden en beschermster van het Romeinse gebied; de patrones der vrouwen, van het huwelijk, van het huiselijk leven en van de geboorte.

De maand Juni was haar geheiligd.

< >