Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Jukken

betekenis & definitie

(jukte, heeft gejukt),

1. onder een of het juk brengen; — (Zuidn.) verbinden, koppelen;
2. (Zuidn.) in ’t juk gaan; oneig. goed samengaan, „boteren” ;
3. (Zuidn.) van paarden: de wagen met hals en schrap gezette poten tegenhouden op een helling, remmen.

< >