Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Inviteren

betekenis & definitie

(inviteerde, heeft geïnviteerd), 1. uitnodigen, te gast vragen, verzoeken;

2. (spel) een invite doen; — op iets inviteren, van zijn verlangen doen blijken door een zijdelingse vraag of door zijn gedrag; — (schermk.) een stoot uitlokken door zich ergens bloot te geven.

< >