(schoof in, h. en is ingeschoven),
1. schuivende naar binnen brengen, resp. gaan: nu de mensen vertrokken zijn, kunt ge dat blad van de tafel wel weer inschuiven; — ook: binnenwaarts, naar elkaar toe schuiven: schuif vrat in!; als u uw stoelen nog wat inschuift, dan kan er nog gemakkelijk een zitten;
2. (van pers.) met een schuivende beweging binnengaan of -komen : aarzelend schoof hij het lokaal in ;
3. tussenschuiven, schuivende invoegen.