Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Huismiddel

betekenis & definitie

o. (-en), gewoonlijk HUISMIDDELTJE, o. (-s), eenvoudig geneesmiddel waarvan men zonder geneeskundig voorschrift gebruik maakt; — (fig.) redmiddel, eenvoudig middel waardoor men iets verhelpen kan: hij zal er wel een huismiddeltje op weten.

< >