v. (-en),
1. (gew.) stuk hogere grond, gemeenlijk zandgrond, al of niet met (laag) hout begroeid of er door omgeven (veelvuldig in plaats- en eigennamen);
2. (Zuidn.) hellende berm langs een vaart;
3. (aardr.) een door min of meer evenwijdige breuken begrensde strook die tengevolge van verschuivingen in de aardkorst gerezen is;
4. (hoog en ruig) nest van grote, inz. roofvogels.