v. (-en),
1. het hervormen, het anders inrichten: hervorming van het onderwijs; — (concr.) verandering, verbetering: de nieuwe minister bracht verschillende hervormingen in het bestuur; — 2. (in ’t bijz.) de Reformatie der R.-K. Kerk in de 16de eeuw, de beweging die ten doel had het herstel der oorspr. zuiverheid in leer en gebruiken der Christelijke Kerk ; bij uitbr. : het Protestantisme: de Hervorming is begonnen in Zwitserland en Duitsland; de voorlopers der Hervorming, Hus, Savonarola enz.; de geschiedenis der Hervorming.