Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Herrie

betekenis & definitie

v.,

1. lawaai: maak niet zo’n herrie;
2. drukte, beweging, opschudding, verwarring: wat is er een herrie op straat; herrie schoppen, opschudding maken; zakkenrollers hebben van de herrie gebruik gemaakt om hun slag te slaan;
3. gezanik, ruzie, twist: herrie met iem. krijgen.

< >