Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Grollen

betekenis & definitie

(grolde, heeft gegrold),

1. een dof, brommend of knorrend geluid maken: een grollend zwijn; wat grolt (krolt) die kat; mijn maag grolt: (Zuidn.) mijn beer begint te grollen, ik krijg honger;
2. (Zuidn.) kreunen; grollen in de slaap, snorken :
3. morren, pruttelen : hij zit hele dagen te grollen ;
4. (Zuidn.) rommelen (van de donder), rollen (van de zee) enz.: de donder grolt; de wind grolt in de schouw ; het grollen van de zee ;
5. grappen verkopen.

< >