Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Gravin

betekenis & definitie

v. (-nen),

1. grafelijke landsvrouw; Jacoba van Beieren was gravin van Holland en Zeeland ; — echtgenote of weduwe van een graaf;
2. (in de hedendaagse Ned. adel) titel der vrouwelijke nakomelingen van een graaf; (ook) de echtgenote van een graaf.

< >