v. (...heden),
1. fraaiheid; meest iron.: dat is voor de fraaiigheid;
2. iets moois, sierlijks, thans alleen iron. of met minachting: mythologische opsmuk en dergelijke fraaiigheden; (een) gedwongen fraaiigheid, een beleefd- of vriendelijkheid die men alleen bewijst omdat men zich er niet aan onttrekken kan, die dus niet van harte gaat.