(flankeerde, heeft geflankeerd), (<Fr.),
1. (mil.) ter zijde dekken, bezetten of bestrijken;
2. aan één zijde (ook wel aan beide zijden) aanvullen met, doen vergezellen door: een pendule door twee coupes geflankeerd-, links en rechts door een gendarme geflankeerd-;
3. (mil.) zich in de flank bevinden; — dienst als flankeur verrichten;
4. (van een jachthond) links en rechts voor de jager uit zoeken.