Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie L
- Lastpunt
- Lastschip
- Lastsleper
- Lastvlot
- Lastvrij
- Lastwagen
- Lastwerker
- Lastzadel
- Laswerktuig
- Lat
- Lata culpa
- Lataanboom
- Latafel
- Latboom
- Latei
- Lateibalk
- Lateihout
- Laten
- Latent
- Later
- Lateraal
- Lateraan
- Lateraans
- Lateren
- Latereren
- Latertje
- Latet an guis in her ba
- Latex
- Latherus, lathyrus
- Latierboom
- Latierpaal
- Latijn
- Latijns
- Latijnzeil
- Latin de cuisine
- Latine loquamur
- Lating
- Latiniseren
- Latinisering
- Latinisme
- Latinist
- Latiniteit
- Latinus
- Latitude
- Latitudinairen
- Latitudinarisiyie
- Latium
- Latje
- Latkip
- Latkoek
- Latmodel
- Latmus
- Latnagel
- Latoen
- Latoeneren
- Latoenkoper
- Latoer
- Laton
- Latona
- Latrine
- Lats
- Latse
- Latspijker
- Latten
- Lattendeur
- Lattenkist
- Lattenpik
- Lattenweefsel
- Lattenzager
- Latus
- Latuw
- Latuwbitter
- Latuwsap
- Latuwsiroop
- Latuwzaad
- Latwerk
- Lauda la moglie et tienti donzeilo
- Laudanda (est) tarnen voluntas
- Laudant illa sed ista legunt
- Laudanum
- Laudare parum est, laudemur et ipsi
- Laudari a laudato viro
- Laudate dominum
- Laudato pavone superbior
- Laudator temporis acti
- Lauderen
- Laudes , lauden
- Laugh and live
- Laureaat
- Laurenskop
- Laurier
- Laurierachtigen
- Laurierbes
- Laurierbezie
- Laurierblad
- Laurierboom
- Laurieren
- Laurierkers
- Laurierkrans
- Laurierkroon-